CropLife NL is van mening dat biostimulanten uitsluitend met een CE-markering op de Nederlandse markt gebracht moeten worden. Een nader vast te stellen overgangstermijn zou er vervolgens in moeten voorzien dat de bedrijven die biostimulanten op de markt brengen, een gelimiteerde maar realistische tijd wordt gegeven voor de volgende zaken:

• Het doen van de benodigde onderzoeken voor de CE-markering.
• Het samenstellen en indienen van dossiers voor de CE-markering.
• Het via de 'notified body' daadwerkelijk komen tot de CE-markering voor biostimulanten die momenteel al op de markt zijn.

Minister Staghouwer van LNV heeft dit standpunt vooralsnog niet volledig overgenomen. Hij meldde afgelopen zomer dat hij de meststoffenregelgeving ten aanzien van een eventueel verplichte CE-markering voor biostimulanten nu niet aanpast. Daarmee behouden Nederlandse producenten de mogelijkheid om biostimulanten op de nationale markt te brengen die niet voldoen aan de Europese eisen voor de CE-markering. Biostimulanten die niet in Nederland zijn geproduceerd en vanuit een ander land worden ingevoerd, dienen straks wel van een CE-markering te zijn voorzien.

Daarnaast streeft minister Staghouwer ernaar om in Europees verband de meststoffenverordening ten aanzien van microbiële biostimulanten uit te breiden. Dit omdat met de huidige Europese regels deze biostimulanten uitsluitend afkomstig kunnen zijn van een viertal microbiële groepen. De Europese Commissie heeft aangegeven te willen werken aan een verruiming van het aantal groepen.